Energietransitie

Start ‘Open Innovatie WarmteNet’ in Delft

Alliander, Enexis Groep en Stedin Groep geven bedrijven ruimte om warmte-innovaties te testen

Start ‘Open Innovatie WarmteNet’ in Delft

Graphic: Stedin Groep

Delft,
Vandaag wordt het Open Innovatie WarmteNet in fieldlab The Green Village op TU Delft Campus geopend door wethouder Duurzaamheid Maaike Zwart van de gemeente Delft. Met dit warmtenet bieden netwerkbedrijven Alliander, Enexis Groep en Stedin Groep bedrijven de ruimte om in een bewoonde en regelluwe omgeving warmte-innovaties te testen en onderzoeken met warmtenetten uit te voeren. Het warmtenet wordt gevoed met warmte uit het warmtenet van de nabijgelegen Technische Universiteit Delft. Op korte termijn komt de voeding vanuit een geothermiebron, ook gelegen op het TU Delft terrein. 

Eerste Open Innovatie WarmteNet

The Green Village is een bewoond en regelluw fieldlab voor duurzame innovatie in de gebouwde omgeving. Drie woningen, een kantoor en een werkplaats van het fieldlab zijn bij de start aangesloten op het warmtenet. Deze panden zijn ook zonder het warmtenet te verwarmen, bijvoorbeeld via waterstof of warmtepompen. Dit maakt dat er ruimte is om testen te doen die minder leveringszekerheid van warmte opleveren. Omdat het warmtenet is aangelegd in een zogenaamde ‘ringvorm’ is er ruimte om het net op te splitsen voor testen of werkzaamheden en is op het hele terrein mogelijkheid voor nieuwe aansluitingen. Met dit warmtenet kunnen bedrijven onderzoek doen naar warmtebronnen en warmteopslag, aansturing van warmtenetten, aansluiting op het warmtenet en teruglevering in combinatie met zonnethermie of hybride aansluitingen. Aangezien The Green Village ook beschikt over een elektriciteits- en waterstofnet zijn onderzoeken naar systeemintegratie en integraal netbeheer mogelijk.

Innovatie stimuleren

“Om de doelen uit het Klimaatakkoord te halen, namelijk om tot en met 2030 1,5 miljoen woningen en andere gebouwen te verduurzamen, is dit warmtenet belangrijk om innovatie te stimuleren”, vertelt David Peters, CTO bij Stedin Groep, namens de drie netwerkbedrijven “Bedrijven kunnen hier in een regelluwe omgeving experimenteren met bijvoorbeeld de slimme aansturing van warmtenetten, teruglevering met zonnecollectoren en seizoenswarmteopslag. Dat is nodig want het aanleggen van warmtenetten is belangrijk voor de energietransitie, we kunnen niet overal elektrificeren. Elektrificatie neemt een enorme vlucht en dat heeft veel impact op het elektriciteitsnet. De schaarser wordende capaciteit van het net moeten we beter benutten en andere manieren van verwarmen, zoals met warmtenetten en lokale warmte- en koudeopslag, stimuleren.”

Focus op warmte

De netwerkbedrijven willen bijdragen aan de uitrol van warmtenetten via hun dochterbedrijven. Bij Alliander is dat Firan, bij Enexis Groep is dat Enpuls Warmte Infra en NetVerder voor de Stedin Groep. In deze bedrijven worden diverse warmteprojecten ontwikkeld in samenwerking met onder meer gemeenten, woningcorporaties, projectontwikkelaars en energieleveranciers. NetVerder beheert het nieuwe warmtenet op TGV. Cees Mager, CEO Triple Solar, ziet de ruimte voor innovatie op het warmtenet wel voor zich: “Een zeer lage temperatuur warmtenet met als energiebron PVT-warmtepomppanelen op de aangesloten woningen maakt de gebruiker tevens leverancier. Dit creëert bewonersparticipatie en een verdienmodel.”

Vorig bericht Miljoenenbedrijf en toch geen huis kunnen kopen
Volgend artikel Provincie werkt aan groene gezonde bedrijventerreinen

Nu op WijZuidHolland